
Een predikant in verzet: slavernij, zondebesef en het protest van Jacob Hondius
- Ben Post
- 30 jun
- 4 minuten om te lezen
De Protestantse Gemeente van Delft heeft onderzoek laten doen naar de rol van de kerkelijke gemeente in het slavernijverleden van de stad. Er was voldoende aanleiding voor zoān onderzoek, want Delft had kamers van zowel de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) als de West-Indische Compagnie (WIC). Uit het onderzoek is gebleken dat bestuurders van de stad ook bestuursfuncties en financiĆ«le belangen hadden in de VOC en WIC. Lidmaatschap van de toenmalige Gereformeerde Kerk was daarbij een vereiste. Er is dus op zijn minst sprake van een indirecte relatie tussen het slavernijverleden van Delft en de kerk. Het onderzoek zal vermoedelijk een vervolg krijgen.
Interessant is natuurlijk de vraag of iets dergelijks ook in Den Helder aan de orde was. Ik denk dat een eventuele VOC-betrokkenheid gering was, want Den Helder had geen VOC-kamer en was in de zeventiende en achttiende eeuw nog een relatief klein vissersdorp, dat in de schaduw stond van grotere en invloedrijkere havens als Texel, Hoorn en Amsterdam. Toch zal Den Helder op zijn minst iets gemerkt hebben van slavernij in bredere zin. Vlak voor de kust bij Texel lag immers de "Rede van Texel", een belangrijke ankerplaats voor VOC-schepen die onderweg waren naar de Oost. Veel van deze schepen verzamelden zich hier om in konvooi te vertrekken. De rede lag ten zuiden van Texel, tegenover het huidige Den Helder. De stad had een duidelijke logistieke en facilitaire rol voor de VOC, onder andere in bevoorrading en loodswezen. Het is ook niet uitgesloten dat getransporteerde slaven via de Rede van Texel voet aan wal hebben gezet in Den Helder. Een andere vraag is hoe de rol van predikanten is geweest. Het is algemeen bekend dat veel gereformeerde predikanten in de zeventiende en achttiende eeuw wegkeken van de slavernij, of deze in elk geval niet openlijk veroordeelden. Een enkele uitzondering daargelaten.

Zoān uitzondering was Jacobus Hondius (1629ā1691). Hij was van 1652 tot 1656 Nederduits Gereformeerd predikant in Huisduinen en Den Helder, en behoorde tot de weinige geestelijken die zich uitspraken tegen slavernij. Zijn pen was vurig en nietsontziend, maar zijn werk laat ook een diep verlangen zien naar geestelijke zuiverheid in een tijd waarin velen het niet zo nauw meer namen met kerk en geloof. Die geestelijke zuiverheid was in de zeventiende eeuw ver te zoeken. Hoewel het wel een religieus geladen tijd was, had Hondius alle reden om met zijn preken zaken aan te snijden die voor het volk zeer gevoelig lagen. Hondius ā of misschien was zijn naam ooit De Hond ā legde sterk de nadruk op boetedoening, orde en het naleven van de Bijbelse leefregels. Over zijn tijd en zijn werk in Huisduinen en Den Helder is helaas niets concreets bekend. De boeken die hij heeft geschreven stammen uit een latere periode, toen hij predikant was in Hoorn.
Hondius, er is geen portret van hem, werd geboren in Schagen en studeerde theologie in Utrecht. In 1652 werd hij beroepen als predikant van de Nederduits Gereformeerde Kerk ā de protestantse kerk die na de Reformatie was ontstaan. Door de invloed van het calvinisme was de katholieke eredienst toen formeel verboden, al werd deze in de praktijk gedoogd zolang ze niet openbaar plaatsvond. Ook in Huisduinen werd de katholieke kerk teruggebracht tot een schuilkerk. In dit duindorp van commandeurs en walvisvaarders werd Hondius predikant. Huisduinen heeft in de loop der eeuwen verschillende eenvoudige kerkgebouwen gekend, die telkens weer door de oprukkende zee werden verzwolgen. Het kerkgebouw waarin Hondius voorging in de protestantse erediensten stond ongeveer op de plek van het huidige Huisduiner kerkje. Het was een boerderijkerkje, gebouwd in 1648. Pas later zou Den Helder ā toen nog Helder of het Nieuwediep ā aan belang winnen en Huisduinen overgroeien.
Hondius was een vertegenwoordiger van de Nadere Reformatie, een beweging die het geloofsleven wilde verdiepen en zuiveren. Deze stroming legde de nadruk op persoonlijke bekering, heiliging en het dagelijks navolgen van Christus. Het moest wel botsen. Het was een botsing van idealen: de Nadere Reformatie stond voor een heilig leven, terwijl de VOC voornamelijk gericht was op winst, handel en macht. De harde en soms gewelddadige handelspraktijken van de Compagnie stonden vaak op gespannen voet met de ethiek van de Nadere Reformatie. Hondius was ƩƩn van de predikanten die het gedrag van VOC-ambtenaren en kolonisten openlijk bekritiseerden.
Hondius was fel. Dat was misschien ook wel de algemene toonzetting in die tijd. Hij hekelde niet alleen de zonden van het gewone volk, maar ook die van regenten, collega-predikanten en universiteitsprofessoren. In preken en geschriften nam hij geen blad voor de mond. Tabaksgebruik, luiheid, zondagsschending en ijdele opvoeding ā allen kwamen ze aan bod. Hij stond slechts korte tijd in Den Helder, en we weten niet of hij zich daar al ontwikkelde tot criticus van de VOC en haar rol in de slavernij. Heeft hij iets gezien of waargenomen van slaven die via de Rede van Texel werden vervoerd? Of hoorde hij de verhalen van VOC-commandeurs?
Enkele jaren later, als Hondius predikant is in Hoorn, schrijft hij zijn bekendste werk: Swart Register van Duysent Sonden (1679) ā een imposante catalogus van zonden, alfabetisch geordend, toegespitst op maatschappelijke groepen. Hij heeft meer geschreven, maar dit boek is zijn geestelijk testament geworden. In het Swart Register sprak Hondius zich onomwonden uit: het kopen en verkopen van mensen is āmensendieverijā, een grove zonde tegen Gods orde. Hoewel hij vooral gereformeerde kooplieden aansprak, was zijn taal duidelijk: menselijke waardigheid is universeel.
Jacobus Hondius overleed in 1691. Zijn werk leeft voort in talrijke herdrukken en vertalingen van zijn preken en boeken. Vooral het Swart Register blijft een fascinerende bron voor historici en theologen ā niet alleen vanwege de inhoud, maar ook als spiegel van de zeventiende-eeuwse samenleving. We weten weinig van hem uit zijn jaren in Den Helder, maar ƩƩn ding is zeker: hij was een man die niet terugdeinsde voor tegenstand, maar vanuit een diep religieus besef zijn gehoor tot bekering wilde leiden.

Comentarios